Verkeersregels Frankrijk

De verkeersregels is Frankrijk zijn soms net even anders dan bij ons in Nederland. We zetten de belangrijkste algemene regels voor je op een rij.

Algemene verkeersregels

  • Hier worden enkele belangrijke algemene verkeersregels vermeld, waaronder een aantal verkeersregels die afwijken van de Nederlandse.

Veilig rijden

  • In Frankrijk geldt de algemene regel dat de bestuurder van een voertuig altijd direct in staat moet zijn om die handelingen uit te voeren die nodig zijn om veilig te kunnen rijden.
  • Op basis van deze regel kun je als bestuurder een boete krijgen als je tijdens het rijden bijvoorbeeld iets eet of drinkt, een sigaret rookt, make-up aanbrengt, iets uit het dashboardkastje pakt of onveilig schoeisel (zoals teenslippers) draagt.
Rijden onder invloed
  • Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille (wat ongeveer overeenkomt met 0,25 milligram alcohol per liter uitgeademde lucht).
  • Voor beginnend bestuurders (die nog geen 3 jaar in het bezit zijn van rijbewijs A of B) geldt een limiet van 0,2 promille.
  • Met een alcoholtest (éthylotest of alcooltest) kun je bij twijfel over de hoeveelheid alcohol in je bloed, zelf bepalen of je in staat bent je voertuig te besturen. Het is sinds mei 2020 niet meer verplicht een alcoholtest mee te nemen in de auto.
  • Sporen van drugs in het bloed zijn niet toegestaan.
Mobiele telefoon
  • Het is bestuurders van alle voertuigen (ook fietsers) verboden tijdens het rijden een mobiele telefoon vast te houden.
  • Let op: Ook als het voertuig stilstaat, bijvoorbeeld in de file of voor een rood verkeerslicht, mag de bestuurder geen mobiele telefoon vasthouden.
  • Alleen handsfree bellen in de auto via een carkit is toegestaan (mits het een carkit betreft zonder hoofdtelefoon of oortjes). Bestuurders kunnen echter alsnog een boete krijgen als ze merkbaar afgeleid wordt door het handsfree bellen tijdens het rijden.
Apparatuur met een scherm
  • Er mag tijdens het rijden geen apparatuur met een scherm, zoals een smartphone, tablet of dvd-speler, aanwezig zijn binnen het gezichtsveld van de bestuurder.
  • Het gebruik van navigatieapparatuur in de auto is wel toegestaan. Ook navigatie via een smartphone is toegestaan, maar de smartphone moet in dat geval in een houder worden geplaatst en het scherm van de smartphone mag tijdens het rijden niet worden aangeraakt of worden gebruikt om berichten te lezen. Bellen met de smartphone mag alleen handsfree via een carkit.
  • Let op: Het gebruik van een smartphone om te navigeren wordt afgeraden, tenzij op de smartphone een modus kan worden ingeschakeld waarin de weergave van berichten (mail, sms, whatsapp, etc.) wordt geblokkeerd tijdens het navigeren.
  • Bestuurders mogen geen apparatuur bedienen tijdens het rijden. Ook een navigatieapparaat, of een smartphone die wordt gebruikt om te navigeren, mag door de bestuurder uitsluitend worden aangeraakt en ingesteld wanneer het voertuig op een veilige plek geparkeerd staat.
Hoofdtelefoon of oortjes
  • Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes (zelfs die van de carkit) voor bijvoorbeeld bellen of luisteren naar muziek, is voor bestuurders verboden. Dit geldt voor alle bestuurders, dus ook voor fietsers. Ook het gebruik van slechts één oortje of een hoofdtelefoon die maar één oor bedekt, is verboden.
Rijden in de bergen
Rijden in een tunnel
  • Je bent in een tunnel verplicht met dimlicht te rijden (dagrijlicht is onvoldoende).
  • Je moet extra afstand houden tot je voorganger. Vaak wordt de afstand die je moet aanhouden, aangegeven op borden bij de ingang van de tunnel. In de Mont Blanc- en de Fréjustunnel is dit bijvoorbeeld 150 m.
  • Gebruik je alarmlichten om medeweggebruikers te waarschuwen bij langzaam rijdend en stilstaand verkeer in de tunnel.
  • Ga voor meer informatie over veilig rijden in een tunnel naar anwb.nl/verkeer/buitenland/tunnels/rijden-in-de-tunnel.

Veilig wandelen

  • Als er buiten de bebouwde kom geen voetpad aanwezig is, moeten voetgangers zoveel mogelijk aan de linkerkant van de weg lopen, behalve in bijzondere situaties of als dat gevaar voor ze oplevert.
  • Mensen die in een rolstoel rijden of met een fiets, bromfiets of motor aan de hand lopen, moeten echter aan de rechterkant van de weg lopen.
  • Iedereen die in het donker, bij weinig licht of bij slecht zicht langs de weg loopt, wordt geadviseerd een reflector, kleding met reflecterende strepen of een reflecterend veiligheidsvest te dragen.

Basisverkeersregels

  • Je moet rechts rijden en links inhalen.
Voorrang
  • Op een kruising moet je voorrang verlenen aan bestuurders die van rechts komen, tenzij met verkeerstekens anders wordt aangegeven.
  • In Frankrijk wordt niet met haaientanden, maar met een lijn van dikke blokken aangegeven dat bestuurders voorrang moeten verlenen aan bestuurders op een kruisende weg. Vaak worden deze blokken voorafgegaan door een grote omgekeerde driehoek op het wegdek. Daarnaast wordt meestal een driehoekig verkeersbord gebruikt met de daaronder de tekst Cédez le passage (Voorrang verlenen).
  • Trams hebben altijd voorrang.
  • Net als in Nederland moeten bestuurders op de invoegstrook van een auto(snel)weg voorrang verlenen aan bestuurders op de doorgaande rijbaan. Let op: Als je op de ringweg rond Parijs (Périphérique) rijdt, moet je voorrang verlenen aan bestuurders van rechts die vanaf de opritten de ringweg oprijden.
Rotonde
  • Als je een rotonde wilt oprijden, moet je voorrang verlenen aan bestuurders die al op de rotonde rijden als dat met een driehoekige waarschuwingsbord Rotonde en/of het bord Vous n’avez pas la priorité (U hebt geen voorrang) wordt aangegeven.
  • Ontbreken deze borden, dan moeten bestuurders die op de rotonde rijden, voorrang verlenen aan bestuurders die de rotonde naderen (en dus van rechts komen).
Inhalen
  • Bestuurders moeten rijdende trams rechts inhalen, tenzij er rechts onvoldoende ruimte is. Op eenrichtingswegen mag de tram ook links worden ingehaald. Je mag een tram waar passagiers in- en uitstappen, niet voorbijgaan.
  • Let op: Rijd altijd met een ruime boog om fietsers heen; je bent als automobilist verplicht om bij het inhalen te zorgen dat de afstand tussen jou en een fietser minstens 1,50 m bedraagt buiten de bebouwde kom (en minstens 1 m binnen de bebouwde kom).
Stilstaan en parkeren
  • Een ononderbroken gele streep langs de rand van de weg geeft aan dat stoppen verboden is. Een onderbroken gele lijn geeft aan dat stilstaan is toegestaan, maar parkeren verboden is.
  • Het is verboden te parkeren aan de linkerkant van de weg (tegen de rijrichting in), ook in parkeervakken aan de linkerkant. In een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de linkerkant parkeren.
  • Het is onder andere ook verboden te parkeren voor ziekenhuizen, politiebureaus, postkantoren en bij een rood-witte of rode markering van het trottoir.
  • Het is verboden binnen 5 m van een voetgangersoversteekplaats te parkeren.
  • Als bestuurders gevaarlijk parkeren (bijvoorbeeld als ze bij een zebrapad parkeren of dubbel geparkeerd staan), kan hun rijbewijs worden ingenomen.
Alarmlichten
  • Je bent verplicht je alarmlichten te gebruiken om medeweggebruikers te waarschuwen als je plotseling sterk moet afremmen.
  • Je moet ook je alarmlichten laten knipperen bij het naderen van een file en zolang je auto of motor het laatste voertuig in de file is.
Geluidssignalen
  • Binnen de bebouwde kom is het gebruik van de claxon verboden, behalve in geval van direct gevaar.
  • Buiten de bebouwde kom mag de claxon alleen worden gebruikt om een waarschuwingssignaal te geven in situaties waarin dat absoluut noodzakelijk is. Tussen zonsondergang en zonsopgang moeten bestuurders in dergelijke situaties met hun lichten knipperen.
Rijstroken en strepen op de weg
  • Doorlopende strepen mogen absoluut niet worden overschreden en mogen zelfs niet met de wielen worden geraakt.
  • Een gele zigzaglijn op het wegdek geeft een bushalte aan.
  • Op een weg met twee verschillende middenstrepen naast elkaar, hoef je als bestuurder alleen rekening te houden met de streep aan jouw kant: is dit een onderbroken streep, dan mag je deze overschrijden om in te halen en is dit een doorlopende streep, dan mag je niet inhalen.
Liften
  • Het is verboden te liften langs autosnelwegen, langs vierbaanswegen en langs wegen zonder voetpaden.

Bijzonderheden

Instructie van de politie
  • Op kruispunten waar agenten het verkeer regelen, moeten bestuurders bij het linksaf slaan áchter de agent omgaan, tenzij de agent anders aangeeft.

Maximumsnelheid Frankrijk

Binnen bebouwde kom Buiten bebouwde kom Wegen met gescheiden rijbanen en 4 rijstroken Autosnelwegen
Snorfietsen 25 25 verboden verboden
Bromfietsen 45 45 verboden verboden
Motoren < 80 cm³ met/zonder aanhanger 50 75 75 verboden
Motoren > 80 cm³ met/zonder aanhanger 50 80 (E) 110/100 (A,F) 130/110 (A,F)
Personen-/bestelauto’s met of zonder aanhangwagen/caravan, toegestane maximummassa combinatie < 3500 kg 50 80 (E) 110/100 (A,F) 130/110 (A,F)
Personen-/bestelauto’s met aanhangwagen/caravan, toegestane maximummassa combinatie > 3500 kg 50 80 (C) 80 (D) 90

Campers < 3500 kg

50 80 (E) 110/100 (A) 130/110 (A)
Campers > 3500 kg (B) 50 80 100 110
  • A: De lagere maximumsnelheid geldt:
    • Bij regen of andere neerslag.
    • Voor beginnend bestuurders (die nog geen 3 jaar in het bezit zijn van rijbewijs A of B).
  • B: Achter op een zware camper moeten de stickers 80, 100 en 110 zijn aangebracht. Deze zijn onder meer bij tankstations in Frankrijk verkrijgbaar.
  • C: Voor combinaties met een toegestane maximummassa van meer dan 12.000 kg geldt een maximumsnelheid van 60 km/h.
  • D: Voor combinaties met een toegestane maximummassa van minder dan 12.000 kg geldt een maximumsnelheid van 90 km/h.
  • E: Voor wegen of weggedeelten zonder middenafscheiding met minstens twee rijstroken per richting (2X2) geldt een hogere maximumsnelheid van 90 km/h. Hier geldt echter in de volgende gevallen een lagere maximumsnelheid van 80 km/h:
    • Bij regen of andere neerslag.
    • Voor beginnend bestuurders (die nog geen 3 jaar in het bezit zijn van rijbewijs A of B).
  • F: De ANWB adviseert je om met een caravan of aanhangwagen de Nederlandse maximumsnelheid van 90 km/h aan te houden. Rij hooguit 100 km/h als je combinatie daar geschikt voor is. Je kunt dit bijvoorbeeld controleren met de rekentool ‘caravantrekker’ (anwb.nl/auto/trekauto): als de ANWB het rijden met jouw combinatie een veilig keuze vindt én als de prestaties van de combinatie bij 80 of 90 km/h voldoende zijn (minstens 4 sterren), kun je overwegen 100 km/h te rijden waar dat is toegestaan.
  • Voor alle wegen geldt: bij een zicht van 50 m of minder is de maximumsnelheid 50 km/h.
  • Op delen van snelwegen kan een tijdelijke snelheidsbeperking gelden, onder andere bij smog. Dit wordt aangegeven op matrixborden boven de weg, bijvoorbeeld met de tekst: alerte pollution, vitesse limitée -20 km/h (smogalarm: de maximumsnelheid is verlaagd met 20 km/h). Ook op andere wegen kan vanuit milieuoverwegingen een tijdelijke snelheidsbeperking gelden.
  • De minimumsnelheid op de linkerrijstrook van autosnelwegen is 80 km/h.
  • Bij het binnenkomen van een plaats geeft een plaatsnaambord met een rode rand aan dat de maximumsnelheid 50 km/h is. Met een plaatsnaambord met een zwarte rand en een rode streep door de plaatsnaam, wordt deze maximumsnelheid weer opgeheven.

Flitspaalsignalering

  • Het bezitten, meenemen en gebruiken van radardetectieapparatuur is verboden.
  • Ook het meenemen en gebruiken van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur, telefoons, tablets en laptops) is verboden. De functie voor flitspaalsignalering moet op deze apparaten worden uitgeschakeld. Automobilisten wordt aangeraden alle flitspaalinformatie van deze apparatuur te verwijderen. Informatie over gevarenzones is wel toegestaan op een navigatiesysteem.
  • Zie voor meer informatie: anwb.nl/juridisch-advies/op-vakantie.

Auto en camper

Verlichting

  • Net als in Nederland is het alleen verplicht licht te voeren wanneer het zicht ernstig wordt belemmerd.
  • Het voeren van dimlicht is verplicht in tunnels.
  • In Frankrijk wordt geadviseerd overdag dimlicht of dagrijlicht te voeren.

Kinderen

  • Kinderen jonger dan 10 jaar moeten in een passend en goedgekeurd kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zittingverhoger worden vervoerd waarbij ze een in hoogte verstelbare veiligheidsgordel moeten dragen.
  • Kinderen tot 10 jaar mogen niet op de voorstoel worden vervoerd, tenzij:
    • ze met de rug naar voren worden vervoerd in een passend kinderzitje en de airbag is uitgeschakeld;
    • de auto geen achterbank heeft;
    • de achterbank geen veiligheidsgordels heeft;
    • de achterbank al volledig is bezet met kinderen jonger dan 10 jaar.
  • In de Franse wetgeving is geen minimumlengte vastgelegd voor het dragen van gewone veiligheidsgordels. De ANWB raadt je echter aan om ook kinderen die 10 jaar of ouder zijn, maar kleiner zijn dan 1,50 m, overeenkomstig de Europese Richtlijn voor het vervoer van kinderen in de auto, te vervoeren in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zittingverhoger.
Roken in de auto
  • Het is in Frankrijk voor iedere inzittende van een auto of camper verboden te roken in het bijzijn van een kind onder de 18 jaar.

Lading

  • Aan de voorzijde van het voertuig mag de lading niet uitsteken.
  • Aan de achterzijde van het voertuig mag de lading maximaal 3 m uitsteken. Lading die echter meer dan 1 m naar achteren uitsteekt, moet voorzien zijn van een reflecterend bord. In het donker en bij slecht zicht moet lading die naar achteren meer dan 1 m uitsteekt, bovendien voorzien zijn van een rood licht dat op een afstand van 150 m zichtbaar is.
  • De lading mag maximaal 2,55 m breed zijn. Als de lading zijwaarts meer dan 40 cm uitsteekt, moet deze in het donker of bij slecht worden voorzien van een naar voren schijnende witte lamp of reflector en een naar achteren schijnende rode lamp of reflector.
Fietsendrager
  • De fietsen mogen aan beide zijden niet meer dan 20 cm uitsteken.
  • Als de fietsendrager de achterlichten en reflectoren van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet de drager zijn voorzien van een verlichtingsbalk.
Kentekenplaat en NL-sticker
  • Als de fietsendrager of bagagebox op je trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van je voertuig.
  • Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar in de webwinkel van de ANWB.

Dashcam

  • Het gebruik van een dashboardcamera in je auto kan handig zijn, bijvoorbeeld voor het registreren van een aanrijding. Let op: in sommige landen is het gebruik van een dashcam vanwege data- en privacywetgeving problematisch of zelfs verboden. Kijk voor details op anwb.nl/juridisch-advies.

Slepen

  • Slepen is verboden op de snelweg (of op de vluchtstrook daarvan). Wanneer je auto een auto(snel)weg niet meer op eigen kracht kan verlaten, moet je een bergingsbedrijf inschakelen om je auto weg te laten slepen.
  • Op andere wegen is slepen over een korte afstand wel toegestaan.
  • De maximumsnelheid bij het slepen is 50 km/h.

Bijzonderheden

Dodehoekstickers
  • Vanaf 1 januari 2021 is in Frankrijk een wet van kracht die bepaalt dat er dodehoekstickers moeten worden aangebracht op alle voertuigen, ook buitenlandse, met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg. De wet geldt ook voor grote campers met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg.
  • Dodehoekstickers waarschuwen fietsers, voetgangers en andere kwetsbare verkeersdeelnemers voor de dode hoeken, dat wil zeggen de plekken rondom het voertuig die de bestuurder niet kan waarnemen.
  • Het gaat om speciale stickers van 25 cm hoog en 17 breed met de Franse tekst Attention – Angles morts. Er zijn twee varianten:

      

  • Je moet 3 stickers aanbrengen op de carrosserie, op een hoogte tussen de 90-150 cm boven de grond: één sticker achterop en rechts van het midden en de andere twee aan beide zijkanten binnen 1 m vanaf de voorkant van het voertuig.
  • De stickers kosten enkele euro’s en zijn onder andere verkrijgbaar bij tankstations in het grensgebied en online.
  • Let op: De wet is omstreden. Het is mogelijk dat de wet nog wordt aangepast.
Afstand houden
  • Wanneer voertuigen of voertuigcombinaties die een toegestane maximummassa hebben van meer dan 3500 kg of die langer zijn dan 7 meter, buiten de bebouwde kom met dezelfde snelheid achter elkaar rijden, moeten ze ten opzichte van elkaar een afstand aanhouden van ten minste 50 m.
Bandenprofiel
  • De minimale profieldiepte voor banden in Frankrijk is 1,6 mm, net als in Nederland en andere EU-landen.
  • Het rijden op banden met te weinig profieldiepte wordt in Frankrijk vrij zwaar bestraft met een hoge boete of zelfs gevangenisstraf. Als een automobilist op versleten of beschadigde banden rijdt waardoor het voertuig een gevaar vormt voor de verkeersveiligheid, mag deze bovendien niet verder rijden.
Zelf repareren
  • Het is in Frankrijk verboden om je voertuig te repareren langs een tolweg (péage). Het wordt om veiligheidsredenen ook sterk afgeraden om een auto met pech te repareren langs de andere snelwegen.

Caravan en aanhangwagen

Afmetingen, maxima

Nederland Frankrijk  opm.
Breedte combinatie (excl. spiegels) 2,55 m 2,55 m
Hoogte combinatie 4 m Geen limiet
Lengte aanhanger (exclusief dissel) 12 m 12 m (A)
Lengte combinatie 18 m 18 m (A)
  • A: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte.

Spiegels

  • Een voertuig dat een caravan trekt, moet zijn uitgerust met achteruitkijkspiegels aan beide zijden die niet meer dan 20 cm mogen uitsteken ten opzichte van de totale breedte van de caravan.

Afstand houden

  • Als buiten de bebouwde kom voertuigen of voertuigcombinaties die een toegestane maximummassa hebben van meer dan 3500 kg of die langer zijn dan 7 meter, achter elkaar rijden met dezelfde snelheid, moeten ze ten opzichte van hun voorganger een afstand aanhouden van ten minste 50 m. Als je dus bijvoorbeeld buiten de bebouwde kom met een auto met caravan (van meer dan 7 meter) achter een vrachtauto rijdt, moet je ten minste 50 meter afstand houden.

Rijstroken

  • Met een voertuigcombinatie (zoals een auto met een caravan of aanhanger) die meer dan 7 m lang is, mag je op autosnelwegen met drie of meer rijstroken in één richting uitsluitend op de twee meest rechtse rijstroken rijden, tenzij je linksaf wilt slaan.

Bandenprofiel

  • Niet alleen de banden van het trekkende voertuig, maar ook de banden van een caravan moeten een minimale profieldiepte hebben van 1,6 mm. Het rijden op banden met te weinig profieldiepte wordt in Frankrijk vrij zwaar bestraft.

Parkeren

  • Het is verboden langs de weg de nacht door te brengen in een caravan. Het is toegestaan om enkele uren te parkeren op parkeerplaatsen langs snelwegen. Houd er daarbij echter rekening mee dat tolkaartjes slechts een beperkte tijd geldig zijn.

Bijzonderheden

ECE 70 markeringsplaten
  • Houd er rekening mee dat in Spanje en Portugal achter op een voertuigcombinatie (zoals een auto of camper met caravan of aanhangwagen) die langer is dan 12 m (inclusief fietsendrager en dergelijke), ECE 70-markeringsplaten moeten worden aangebracht. Dit zijn reflecterende gele platen met een rode rand.
  • Voor zover bekend is het voeren van deze markeringsplaten in Frankrijk en andere Europese landen, zoals Nederland, België en Luxemburg niet toegestaan.

Motor

Helm

  • Het dragen van een helm is verplicht voor zowel bestuurder als passagier.
  • De bestuurder en passagier(s) van een trike of quad moeten een helm dragen tenzij hun zitplaats is voorzien van een veiligheidsgordel.
  • De regel dat een helm moet zijn voorzien van reflecterende elementen, geldt alleen voor helmen die in Frankrijk worden verkocht. Nederlandse motorrijders hoeven daarom geen reflecterende stickers op hun helm te plakken.

Kleding

  • Motorrijders en hun passagiers zijn verplicht handschoenen te dragen. Dit moeten handschoenen met een CE-markering zijn.

Verlichting

  • Het voeren van dimlicht overdag is verplicht.

Passagiers

  • Het vervoeren van een passagier is toegestaan, mits er een speciale zitplaats (duo- of buddyseat) en voetsteunen aanwezig zijn.
  • Kinderen tot vijf jaar moeten worden vervoerd in een speciaal goedgekeurd kinderzitje met veiligheidsgordels dat op de motor of in het zijspan kan worden vastgezet. Kinderen vanaf vijf jaar moeten hun voeten op voetsteunen kunnen laten rusten. Het wordt in Frankrijk afgeraden om kinderen die jonger zijn dan acht jaar, op de motor te vervoeren.

Aanhanger

  • Motoren mogen een aanhanger trekken, mits deze hooguit de helft weegt van de motor.

Filerijden

  • Het is in Frankrijk verboden om met je motor in een file tussen de rijen stilstaande of langzaam rijdende auto’s door te rijden.
  • Let op: Een proef waarbij filerijden werd toegestaan in enkele departementen, waaronder het gebied rond Parijs, is stopgezet. Vanaf 1 februari 2021 is filerijden met de motor weer overal in Frankrijk verboden.

Bijzonderheden

Hoofdtelefoon of oortjes
  • Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes voor bijvoorbeeld mobiel bellen of luisteren naar muziek, is verboden op de motor. Alleen een communicatiesysteem dat volledig in de helm is geïntegreerd, is toegestaan.
Veiligheidsvest
  • Motorrijders moeten een reflecterend veiligheidsvest bij zich hebben op de motor (ze mogen dit vest dragen of bewaren in bijvoorbeeld een net of koffer). De bestuurder van een motor is zowel ‘s nachts als overdag verplicht dit veiligheidsvest bij pech of een ongeval aan te trekken.

Bromfiets en snorfiets

  • In Frankrijk bestaat geen aparte definitie van een snorfiets; deze valt onder de bromfietsen.
  • Een bromfiets mag niet sneller kunnen dan 45 km/h.

Helm

  • Het dragen van een helm is verplicht voor de bestuurder en passagier. Let op: Ook snorfietsers moeten in Frankrijk een helm dragen.
  • De regel dat een helm moet zijn voorzien van reflecterende elementen (ECE 22/04), geldt alleen voor helmen die in Frankrijk worden verkocht. Nederlandse bromfietsrijders hoeven daarom geen reflecterende stickers op hun helm te plakken.

Kleding

  • Brom- en snorfietsers en hun passagiers zijn verplicht handschoenen te dragen. Dit moeten handschoenen met een CE-markering zijn.

Verlichting

  • Brom- en snorfietsen moeten ook overdag dimlicht voeren.

Passagiers

  • Op een brom- of snorfiets mag alleen een passagier worden vervoerd als daarvoor een speciale zitplaats (duo- of buddyseat) aanwezig is. Er moeten ook voetsteunen aanwezig zijn.
  • Kinderen tot 14 jaar mogen alleen op een brom- of snorfiets worden vervoerd als ze een passende en goedgekeurde helm op hebben, als hun voeten op voetsteunen rusten en als er handgrepen aanwezig zijn waaraan ze zich kunnen vasthouden.
  • Kinderen jonger dan 5 jaar moeten in een kinderzitje worden vervoerd. De wielen moeten zo zijn afgeschermd dat de handen of voeten niet tussen de spaken kunnen komen.

Aanhanger

  • Bromfietsen mogen een aanhanger trekken waarvan het maximale gewicht, inclusief lading, niet meer mag zijn dan de helft van het leeggewicht van de bromfiets.

Plaats op de weg

  • Een brom- of snorfiets mag niet rijden op een autoweg, autosnelweg en wegen die verboden zijn voor langzaam verkeer.
  • Het is voor bromfietsers verboden gebruik te maken van fietsstroken en fietspaden, tenzij uit verkeersborden anders blijkt.

Naast elkaar rijden

  • Het is voor bromfietsers verboden naast elkaar te rijden.

Brommobiel in Frankrijk

  • In Frankrijk wordt een brommobiel officieel quadricycle léger à moteur genoemd. Meer ingeburgerd zijn de termen voiture sans permis (VSP) of voiturette.
  • Volgens de wet is een brommobiel gelijk aan een bromfiets. De maximumsnelheid is 45 km/h.
  • De minimumleeftijd voor het besturen van een brommobiel is 16 jaar.
  • Het is verplicht een veiligheidsgordel te dragen.
  • Er mag slechts één passagier worden vervoerd in een brommobiel.
  • Een brommobiel mag niet op een autoweg, autosnelweg en wegen die verboden zijn voor langzaam verkeer.
  • Bestuurders die na 1987 zijn geboren, hebben een (bromfiets)rijbewijs nodig.
  • Neem eventueel een navigatieapparaat mee om alternatieven te zoeken voor wegen die verboden zijn voor brommobielen.
  • Een brommobiel moet zijn voorzien van een NL-sticker.
  • Er moet een reflecterend veiligheidsvest aanwezig zijn in het voertuig en dit moet worden gebruikt bij pech.

Bijzonderheden

Veiligheidsvest
  • Bromfiets- en snorfietsbestuurders moeten een reflecterend veiligheidsvest bij zich hebben (ze mogen dit vest dragen of bewaren in bijvoorbeeld een net of koffer). De bestuurder van een bromfiets of snorfiets is zowel ‘s nachts als overdag verplicht dit veiligheidsvest bij pech of een ongeval aan te trekken.

Fiets

Helm

  • Let op: Kinderen jonger dan 12 jaar moeten een fietshelm dragen. Dit geldt ook voor kinderen achter op de fiets.
  • Als je 18 jaar of ouder bent en een of meer kinderen op de fiets begeleidt die jonger zijn dan 12 jaar, ben je verplicht ervoor te zorgen dat elk van die kinderen een fietshelm draagt.

Veiligheidsvest

  • In het donker en bij slecht zicht zijn fietsers en hun passagiers verplicht om buiten de bebouwde kom een reflecterend veiligheidsvest te dragen.

Mobiele telefoon

  • Het is fietsers verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden.

Hoofdtelefoon en oortjes

  • Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes tijdens het fietsen is verboden.

Verlichting en overige vereisten

  • Fietsen moeten zijn voorzien van vaste lampen. Voor op de fiets moet het licht de kleur wit of geel hebben en achter op de fiets de kleur rood.
  • De fiets moet achter een rode reflector hebben en gele of oranje reflectoren op de pedalen.
  • Ook moet de fiets zijn voorzien van goed werkende remmen en een goed werkende bel.

Passagiers

  • Kinderen jonger dan 5 jaar mogen alleen in een kinderzitje worden vervoerd waarin ze zijn vastgezet met een veiligheidsgordel.
  • Het is verboden personen boven de 14 jaar als passagier op de fiets te vervoeren.

Kinderen op de fiets

  • Kinderen tot 8 jaar mogen op de stoep fietsen, mits ze met een gematigde snelheid fietsen en de voetgangers niet hinderen.

Aanhanger

  • Het is toegestaan om te rijden met een fiets waaraan een aanhanger is gekoppeld.

Fietsen onder invloed

  • Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.

Naast elkaar rijden

  • Na zonsondergang is het verboden om naast elkaar te fietsen.
  • Overdag is naast elkaar fietsen alleen toegestaan als hiermee het verkeer niet wordt belemmerd.

Rechts inhalen

  • Het is in Frankrijk verboden om een rij stilstaande auto’s bij bijvoorbeeld een stoplicht rechts in te halen.

Plaats op de weg

  • Wanneer er een verplicht fietspad (rond blauw bord met witte fiets) aanwezig is, moeten fietsers hiervan gebruikmaken.
  • Wanneer er geen verplicht fietspad aanwezig is, mogen fietsers op de rijbaan (van routes nationales, routes départementales, routes communale etc.) fietsen, tenzij met een verkeersbord wordt aangegeven dat dit verboden is. Op auto(snel)wegen (autoroutes, voies expresses etc.) is fietsen verboden.

Elektrische fiets

  • Voor een standaard elektrische fiets (VAE, Vélo à Assistance Electrique), dat wil zeggen een fiets met trapondersteuning tot 25 km/h die een vermogen heeft van maximaal 250 watt, gelden dezelfde regels als voor een gewone fiets. (Als de fiets een vermogen heeft tussen de 250 watt en 1 kilowatt, wordt de fiets beschouwd als bromfiets.)
  • Het dragen van een fietshelm is alleen verplicht voor kinderen jonger dan 12 jaar, maar wordt geadviseerd voor fietsers van 12 jaar en ouder.
  • Elektrische fietsen (VAE’s) moeten waar mogelijk op het fietspad rijden.

Speedpedelec

  • Voor een speedpedelec (S-Pedelec, Speed Pedelec, VAE rapide), dat wil zeggen een elektrische fiets met trapondersteuning tot 45 km/h, gelden dezelfde regels als voor een bromfiets.
  • De minimumleeftijd om op een speedpedelec te rijden is 14 jaar en de bestuurder moet in het bezit zijn van het bromfietsrijbewijs.
  • De bestuurder is verplicht een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05) te dragen. Voor zover bekend is het dragen van een speciale speedpedelec-helm (norm NTA 8776:2016) niet toegestaan.
  • Ook is de bestuurder verplicht handschoenen met een CE-markering te dragen en verplicht een reflecterend veiligheidsvest mee te nemen en dit zowel ‘s nachts als overdag bij pech of een ongeval aan te trekken.
  • Speedpedelecs mogen niet op het fietspad rijden, tenzij met een bord wordt aangegeven dat bromfietsen zijn toegestaan.

Fietsendrager

  • Regels voor het vervoer van fietsen op een fietsendrager vind je bij Auto en camper.

Bijzonderheden

Rechtsaf bij rood
  • In Parijs staat op sommige kruispunten met verkeerslichten een speciaal driehoekig verkeersbord met een fiets en een pijl erop dat betekent dat fietsers bij rood licht rechtsaf (of rechtdoor) mogen rijden, mits ze voorrang verlenen aan alle andere weggebruikers (vergelijkbaar met het Nederlandse verkeersbord Rechtsaf voor fietsers vrij).

Elektrische step

  • In Frankrijk wordt een elektrische step een trottinette électrique genoemd.
  • Je mag met een elektrische step op de openbare weg mits aan de eisen wordt voldaan.

Eisen

  • De step moet voorzien zijn van remmen, een voor- en achterlicht, een bel of toeter en reflectoren.
  • Minimumleeftijd: 12 jaar.
  • Rijbewijs: niet nodig.
  • Helm: niet verplicht, maar wordt wel aangeraden.
  • Reflecterend veiligheidsvest: verplicht in het donker of bij slecht zicht.

Verkeersregels

  • Je moet je houden aan de verkeersregels en verkeerstekens voor fietsers.
  • Je moet op het fietspad rijden als dat aanwezig is en anders op de rijbaan (alleen op wegen met een maximumsnelheid tot 50 km/h).
  • Je mag ook stapvoets (max. 6 km/h) in voetgangersgebieden rijden, mits je de voetgangers niet hindert.
  • Het is verboden op de stoep te rijden, tenzij dat uitdrukkelijk wordt toegestaan.
  • De maximumsnelheid is 25 km/h.
  • Met twee personen op een elektrische step rijden is verboden.
  • Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
  • Een telefoon vasthouden is verboden.
  • Het dragen van een hoofdtelefoon of oortjes is verboden.

Verzekering

  • In Frankrijk is een aansprakelijkheidsverzekering verplicht voor een elektrische step. Neem hierover contact op met je verzekeraar.
  • Controleer bij het huren van een elektrische step de verzekeringsvoorwaarden in het huurcontract.

Winterbanden en winterregels

Winterbanden

  • Aangeraden bij winterse omstandigheden – Het gebruik van winterbanden is niet verplicht in Frankrijk, maar het wordt aangeraden winterbanden te gebruiken op wegen die zijn bedekt met sneeuw of ijs.
  • Soms is het blauwe bord sneeuwkettingen verplicht voorzien van een onderbord met de tekst pneus neige admis (winterbanden toegestaan). Dit betekent dat hier bij sneeuw in plaats van met sneeuwkettingen ook alleen met winterbanden (met de aanduiding M+S) mag worden gereden. De winterbanden moeten een minimale profieldiepte van 3,5 mm hebben en op vier wielen zijn gemonteerd. Zonder winterbanden is het verplicht om met sneeuwkettingen te rijden. De ANWB adviseert je banden te gebruiken waarop zowel de aanduiding M+S als het sneeuwvloksymbool (3PMSF) worden aangegeven. Meer informatie: anwb.nl/winterbanden.
  • Let op: In Luxemburg en Duitsland is het rijden op winterbanden verplicht bij winterse omstandigheden en in Andorra zijn winterbanden of sneeuwkettingen van 1 november tot en met 15 mei verplicht.
  • Vanaf 1 november 2021 wordt het in berggebieden in Frankrijk (Alpen, Centraal Massief, Jura, Pyreneeën, Vogezen en Corsica) verplicht om in de winterperiode (van 1 november t/m 31 maart) op winterbanden te rijden of sneeuwkettingen mee te nemen.

Sneeuwkettingen

  • Verplicht bij bord – Op veel bergpassen kan het gebruik van sneeuwkettingen verplicht worden gesteld met een rond, blauw bord waarop een witte autoband met een sneeuwketting staat.
  • Als dit blauwe bord sneeuwkettingen verplicht een onderbord heeft met de tekst pneus neige admis (winterbanden toegestaan), geldt het verplichte gebruik van sneeuwkettingen niet als je op winterbanden (M+S) rijdt. De winterbanden moeten een minimale profieldiepte van 3,5 mm hebben en op vier wielen zijn gemonteerd. Let op: Als bij het blauwe sneeuwkettingenbord dit onderbord ontbreekt, moeten ook op winterbanden sneeuwkettingen worden gemonteerd.
  • Sneeuwkettingen mogen alleen worden gebruikt op besneeuwde wegen.
  • Als sneeuwkettingen worden gebruikt, moeten ze ten minste op de twee aangedreven wielen worden gemonteerd.
  • De maximumsnelheid voor het rijden met sneeuwkettingen is 50 km/h. De maximumsnelheid kan lager zijn als dat in de gebruiksaanwijzing van de kettingen wordt aangegeven.
  • Sneeuwkettingen van kunststof zijn toegestaan, mits ze aan de wettelijke eisen voldoen.

Spijkerbanden

  • Toegestaan in winterperiode – Spijkerbanden zijn toegestaan van de zaterdag voorafgaand aan 1 november t/m de laatste zondag in maart op voertuigen met een toegestane maximummassa van 3500 kg. Deze periode kan worden aangepast als de weersomstandigheden dat vereisen.
  • De maximumsnelheid bij gebruik van spijkerbanden is 90 km/h.
  • Voor Franse auto’s met spijkerbanden geldt dat links achter op de auto een plaatje of sticker moet worden aangebracht met de snelheidslimiet 90 erop. Op Nederlandse auto’s met spijkerbanden hoeft geen plaatje of sticker te worden aangebracht.

Verkeersborden

Informatie over verkeersborden in Frankrijk vind je hier.

Verwante berichten